Tussen verleden en toekomst (1968) bevat acht essays van Hannah Arendt, die letterlijk essays zijn: oefeningen in het politieke denken zonder een beroep te doen op de traditionele categorieën van de politieke filosofie. Arendt richt zich op klassieke begrippen als ‘autoriteit’, ‘vrijheid’ en ‘waarheid’ – begrippen die in de politieke taal tot lege hulzen zijn verworden – en brengt de oorspronkelijke geest daarvan weer aan het licht. Bij die opgave is het onderscheid tussen de traditie en het verleden cruciaal. De misdaden van de totalitaire regimes in de twintigste eeuw hebben geleid tot een definitieve breuk in de traditie. Arendt graaft fragmenten uit het verleden op, onthult de oorsprong van begrippen, maar niet om een brug te slaan tussen het verleden en een utopische toekomst. Ze wil het heden verhelderen. Arendt denkt op het snijpunt van verleden en toekomst, en nodigt ons uit om met haar mee te denken. Bekende essays als ‘Wat is autoriteit?’, ‘De crisis in de cultuur’ en ‘Waarheid en politiek’ zijn eerder zelfstandig gepubliceerd, maar de bundel is in ons taalgebied nooit in zijn geheel vertaald. In deze uitgave worden de acht essays, met het voorwoord van Arendt waarin ze de samenhang daartussen toelicht, voor het eerst in een Nederlandse editie bijeengebracht. Hannah Arendt (1906-1975) was een Duits-Amerikaanse filosoof en politiek denker. Haar boeken over totalitarisme en revolutie zijn klassiekers in de politieke theorie. Typerend voor haar werk is de voortdurende verbinding van denken en oordelen.